“Goedemiddag”, “Hallo”, “Goedemiddag”. Het is precies 14.00 uur, op een zonnige vrijdag in november. Nadat Luca de la Torre zich als eerste meldt, vult het digitale klaslokaal zich binnen een halve minuut met Heraclieden. De een doet mee vanuit zijn keuken, de ander zit met zijn laptop op de bank. Docent Theo Westra van ROC van Twente probeert de zes spelers met een aantal simpele openingsvragen de eerste woorden te laten spreken. Daarmee is de tweede les Nederlands van deze week officieel begonnen.

Dit artikel verscheen eerder in het nieuwe Heracles Magazine, dat deze maand op de mat viel bij seizoenkaarthouders en Herakids.

Les via Teams

“De digitale omgeving is nog even wennen”, vertelt Westra vlak voordat de les begint. Normaal gesproken geeft hij zijn lessen aan de spelers op Erve Asito, maar sinds een paar weken komen ze via Teams samen. “Je hebt toch minder contact op deze manier. Je ziet de spelers niet echt en voelt niet wat er gebeurt”, vertelt de docent. Maar toch: de jongens pikken het Nederlands snel op. “Zeker bij de Duits- en Engelstaligen zie ik snel vooruitgang.” 

Een screenshot uit de Teams-les van Theo Westra. Rechts Mateo Les (boven) en Daniel Mesenhöler

Dat blijkt ook tijdens de les. Daniel Mesenhöler, Marco Rente en Elias Oubella durven zich goed in het Nederlands te laten horen. Sinan Bakis ook, hij heeft het hoogste woord en neemt zijn teamgenoten mee in zijn enthousiasme. “Ja dat klopt!”, reageert de Duits-Turkse aanvaller opgetogen op een medecursist die het goede antwoord geeft. Westra noemt hem een vrolijke Frans, iemand die bovendien veel Nederlands probeert te spreken.

Methode

Dat er in zijn les ruimte is om te lachen, stemt Westra tevreden. “Ik ben voor deze jongens op zoek gegaan naar een passende methode. Het is een mix geworden tussen voetbaltaal, klassikale oefeningen uit het boek en zelfstandige online opdrachten. Ik hoop dat ze straks in staat zijn om bijvoorbeeld een gesprek aan te knopen met hun buurman of iets te bestellen in de winkel.”

Wormuth

De afgelopen jaren maakten al veel Heraclieden onderdeel uit van het klasje van Westra. Dat hij een aantal van hen netjes en vaak Nederlands hoort spreken, doet hem goed. “Janis Blaswich bijvoorbeeld, hij spreekt hartstikke goed Nederlands. En ook Frank Wormuth heb ik les gegeven. Hij redt zich nu heel aardig. Het is mooi om te zien dat hij nu ook voor de camera Nederlands spreekt. Wormuth is iemand die zich de taal eerst eigen wil maken en het dan pas in het openbaar durft te spreken. Dat zit in zijn karakter. Van deze groep heeft Luca de la Torre ook die eigenschap.”

Gemotiveerd

Na een klein uur komt de les ten einde. Dat de groep nog altijd scherp is, ondervindt Westra aan den lijve. Hij maakt een vergissing en wordt gelijk door de groep gecorrigeerd. Niet veel later sluit hij af met een knipoog: “Als jullie zondag in de bus zitten, bekijk dan hoofdstuk drie. Maar kaarten of slapen mag natuurlijk ook.” Over een paar dagen staat alweer een nieuwe les op het programma. Hoeveel er nog volgen? “Daar hebben we nog niks over afgesproken, maar voorlopig gaan we nog door. De jongens zijn daar gemotiveerd genoeg voor.”

Marco Rente is een van de Heraclieden die Nederlandse les volgt via ROC van Twente